Opvolging in het UFC kan, afhankelijk van de noden van de patiënt, bestaan uit een psychologische en/of psychiatrische opvolging.
De psychologische behandeling bij het UFC is gebaseerd op een cognitief gedragstherapeutisch kader. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen gedrag (dat wat mensen doen of juist nalaten te doen), gevoel (dat wat mensen voelen of gewaarworden) en gedachten (dat wat mensen denken over zichzelf, over anderen, over de wereld). Deze drie componenten beïnvloeden elkaar voortdurend.
De cognitieve gedragstherapie gaat ervan uit dat onze leerervaringen (ervaringen die we hebben opgedaan in het leven, gaande van onze kindertijd tot op de dag van vandaag) in belangrijke mate ons gedrag, onze gedachten en ons gevoel sturen. Het in kaart brengen van die leerervaringen zegt ons dan ook veel over de manier waarop we in het leven staan. Toch is psychotherapie meer dan stilstaan bij en het herkauwen van het verleden: het behelst ook en vooral het heden en de toekomst, en hoe jij die zinvol wil invullen zonder je eigen grenzen of die van anderen te overschrijden. Preventie van (nieuw) seksueel misbruik is voor het UFC de primaire doelstelling, wat niet betekent dat we geen aandacht schenken aan andere doelstellingen die u zelf wil stellen.
In psychotherapie wordt aan de hand van vragenlijsten, testen en gesprekken samen met de patiënt op zoek gegaan naar levensgebieden die moeilijk of net heel goed lopen. Eén van die probleemgebieden kan betrekking hebben op seksueel misbruik, afwijkende seksuele interesses en/of de drang om daarnaar te handelen. In behandeling wordt vertrokken vanuit het gegeven dat niet één maar meerdere factoren een rol hebben gespeeld bij de totstandkoming van seksueel misbruik. Antwoorden op de vraag ‘waarom heb ik dat gedaan?’ is eigenlijk antwoorden op de vraag: ‘wat leverde het seksueel misbruik mij op?’ of ‘welke functie had het in mijn leven?’. Dit duidt aan dat gedrag ons niet zomaar overkomt, ook al lijkt dat soms wel zo.
Psychotherapie houdt in dat we ten eerste het eigen gedrag, gevoel en gedachtepatronen leren observeren. Therapie gaat echter over meer dan ‘inzicht krijgen in’, het gaat ook over ‘anders doen’ en daardoor ‘meer controle krijgen over’. Dit kan betekenen dat u tijdens de psychotherapeutische begeleiding uw comfortzone moet verlaten. Zonder actieve inzet is het immers niet mogelijk om uw vooropgestelde doelstellingen te behalen.
Psychotherapie gaat niet over heimelijk manipuleren van iemands gedachten of gevoel. Wel gaat het over inspanningen leveren en durven kijken naar aspecten waar u onzeker of niet fier over bent, of naar ervaringen die emoties triggeren zoals angst, boosheid, verdriet of teleurstelling. Al onze behandelaars hebben beroepsgeheim, alles wat in therapie wordt besproken is dus vertrouwelijk. De behandelaar kan, onder het gedeeld beroepsgeheim, wel informatie delen binnen het UFC-team. Alleen wanneer uit de verkregen informatie blijkt dat iemand in direct gevaar is, kan de behandelaar ook melding maken aan de bevoegde instanties.
De psychiatrische opvolging bestaat uit consultaties bij een arts-psychiater. Samen met de patiënt wordt een behandeling op punt gesteld voor enerzijds de seksuele problematiek (met bv. de mogelijkheid tot het opstarten van libidoverlagende medicatie). Daarnaast is er, indien nodig, ook aandacht voor eventuele bijkomende psychische aandoeningen zoals depressie, verslavingsproblematiek of psychotische stoornissen. De frequentie van deze consulten hangt af van de noden van de patiënt en wordt in onderling overleg afgesproken.